Botontkalking (osteoporose)

  1. Home
  2. B
  3. Botontkalking (osteoporose)

Botontkalking (osteoporose)

Osteoporeose (botontkalking)

Zeker één op de drie vrouwen van 50 jaar of ouder breekt vroeg of laat iets; een pols of een heup bijvoorbeeld. Een botbreuk is nooit leuk, maar bij iemand op leeftijd kunnen de gevolgen ernstig zijn. Er is kans dat zo iemand de gewone dagelijkse dingen, zoals boodschappen doen en koken, niet meer zelf kan.

Ook kan er langdurige pijn optreden en zelfs blijvende invaliditeit. Het komt ook veel voor dat mensen met het klimmen der jaren steeds kleiner en krommer worden. Dat is het gevolg van het inzakken van de ruggenwervels.
We kennen de belangrijkste oorzaak van die botbreuken en inzakkende wervels: botontkalking of osteoporose. Gelukkig weten we ook steeds beter hoe deze problemen te voorkomen zijn.

Een röntgenfoto van een patiënt met een forse fractuur van Th12 (12e borstwervel) en een matige fractuur van L3 (3e lendenwervel). Drie jaar later toont een tweede röntgenfoto een nieuwe fractuur van L2 (2e lendenwervel).

Wat is osteoporose?

Het Griekse woord osteon betekent bot en porose hangt samen met het Griekse woord voor opening: poros. Osteoporose is een ziekte waarbij het bot steeds meer openingen bevat: het wordt dus poreuzer. De botten zijn dan minder dik en minder stevig. Daardoor kunnen er uiteindelijk botbreuken optreden.

Het plaatje toont de meest voorkomende breuken als gevolg van osteoporose. Osteoporose wordt in Nederland meestal botontkalking genoemd. In het begin merkt u er niets van dat u botontkalking hebt, maar ondertussen worden uw botten steeds minder stevig. Gelukkig is botontkalking wel een proces dat u zelf kunt beïnvloeden door uw levensstijl een beetje aan te passen. En daarvoor is het natuurlijk nooit te laat!

Ernstige botontkalking kan leiden tot botbreuken, pijn en verlies van zelfstandigheid. Daarom kan het van belang zijn stil te staan bij de kwaliteit van uw botten. Dit kunt u doen door te letten op een goede, gezonde voeding met genoeg calcium en u kunt natuurlijk zorgen voor genoeg lichaamsbeweging. De kans op botbreuken door ongelukkige valpartijen in uw eigen huis kunt u trouwens belangrijk verkleinen door mogelijke risicofactoren – zoals losliggende kleedjes en elektriciteitssnoeren – zoveel mogelijk weg te nemen.

Ons skelet verandert elke dag!

Om te begrijpen hoe botontkalking ontstaat, moet u eerst weten hoe het skelet wordt gevormd en onderhouden. Het is namelijk niet zo, dat ons beendergestel in de jeugd wordt opgebouwd en verder onveranderd blijft als we niet meer in de groei zijn. Bij een gezonde volwassene worden voortdurend microscopisch kleine deeltjes in het bot afgebroken en weer nieuw bot aangemaakt. Bot is levend weefsel dat zich steeds vernieuwt. Dat proces heet de botombouwcyclus. Per jaar wordt meer dan 10% van onze botten vernieuwd.

Bij jonge mensen, ongeveer tot het 35ste jaar, neemt de botmassa toe. De botten worden zwaarder en steviger. Er wordt namelijk meer bot aangemaakt dan er wordt afgebroken. Na het 35ste jaar blijft de hoeveelheid bot min of meer gelijk; de aanmaak van botweefsel is even groot als de afbraak. Dat duurt ongeveer tot het 50ste jaar. Hierna raakt het evenwicht tussen opbouw en afbraak echter verstoord: er wordt meer bot afgebroken dan er nieuw wordt aangemaakt. Bij vrouwen wordt dat proces ook nog versterkt als zij in de overgang (=menopauze) komen.

Dat zit zo: het vrouwelijk hormoon oestrogeen remt namelijk de botafbraak. Maar omdat het lichaam na de menopauze veel minder oestrogeen produceert, wordt de botafbraak ook minder afgeremd. Hierdoor krijgt de botafbraak nog sterker de overhand. Botontkalking komt hierdoor bij vrouwen veel vaker voor dan bij mannen.

Overgang van een normaal naar een osteoporotisch bot

Welke oorzaken van osteoporose hebben we zelf niet in de hand?

Vanaf de overgang – meestal rond het vijftigste jaar – treedt er bij alle vrouwen botverlies op. Maar de ene vrouw loopt veel meer kans op botbreuken dan de andere. Zo zijn blanke vrouwen en vrouwen van Aziatische afkomst gevoeliger voor botontkalking en lopen tengere vrouwen die van nature al dunne botten hebben, meer kans op botontkalking en botbreuken. Een beetje botafbraak is natuurlijk niet zo erg, maar hoe meer risicofactoren op u van toepassing zijn, hoe groter de kans is dat uw botten te dun en te poreus worden. De kans op het krijgen van botbreuken neemt dan sterk toe.

Erfelijkheid speelt een rol. Als uw moeder of uw zuster(s) botontkalking hebben of hadden, is de kans dat u het ook krijgt groter. Wie minder mobiel wordt, krijgt minder sterke botten. Flink bewegen stimuleert de botopbouw. Sommige medicijnen bevorderen bij langdurig gebruik de botafbraak. Dit geldt vooral voor corticosteroïden (o.a. voorgeschreven bij astma, chronisch eczeem en reuma) en schildklierhormonen, als die in een hoge dosis worden voorgeschreven. Door aanleg, een ziekte of een operatie aan de eierstokken kan een vrouw vervroegd in de overgang komen. Dan begint de botafbraak eerder en is de kans op botontkalking en dus ook op botbreuken groter.

Welke oorzaken kunt u zelf wel beïnvloeden?

Botten bestaan voor een flink deel uit kalk (calcium). Wie met de voeding te weinig calcium binnenkrijgt, loopt een grotere kans op botontkalking. Zuivelproducten zijn onze grootste calciumleveranciers. ‘Huismussen’, mensen die niet regelmatig buiten komen, kunnen een tekort aan vitamine D krijgen. Deze vitamine wordt in de huid geactiveerd onder invloed van het zonlicht. Vitamine D is nodig voor de opname van kalk uit de voeding en heeft dus alles te maken met de botopbouw. Roken en overmatig alcoholgebruik of grote hoeveelheden koffie drinken remmen de botopbouw en bevorderen hierdoor de botontkalking.

Wat kunt u zelf doen?

Er zijn verschillende dingen die u kunt doen om uw botten in topconditie te brengen en te houden en om de de botontkalking zo veel mogelijk af te remmen. Neem voldoende lichaamsbeweging. Hiervoor geldt: begin zo jong mogelijk en niet pas rond uw vijftigste. Sporten, wandelen, fietsen: bijna elke vorm van lichaamsbeweging draagt bij aan de stevigheid van uw botten. Houd uw vitamine D op peil. Ga regelmatig naar buiten, de zon in, en voorkom zo een gebrek aan vitamine die nodig is voor de botvorming. In sommige gevallen kan uw arts besluiten vitamine D ook in de vorm van een voedingssupplement te gebruiken.

Zorg voor voldoende calcium in uw voeding. Calcium zit bijvoorbeeld in:

product hoeveelheid calcium (mg)
melk, yoghurt, vla, kwark beker (165 ml) 175-210
thee, koffie, frisdrank glas 5
brood per snee 5
Goudse kaas plak (20 g) ca. 170
gekookte groenten per lepel 20
rijst, pasta per opscheplepel 5

Niet alleen als u in de overgang bent en daarna, maar altijd. Het is immers van belang dat uw botten zo stevig mogelijk zijn op het moment dat de onvermijdelijke botafbraak begint. Iedere volwassene heeft 800 à 1000 mg calcium per dag nodig. De gewone maaltijden, ontbijt, lunch en avondeten, leveren ieder zo’n 300 mg calcium. Om meer calcium binnen te krijgen kunt u uw maaltijden aanvullen met calciumrijke voedingsmiddelen, of in sommige gevallen calcium als voedingssupplement (kalktabletten bijvoorbeeld) innemen. U kunt hierover ook overleggen met uw huisarts, of een diëtiste raadplegen.

Botdichtheidsmeting

Wanneer uw huisarts zekerheid wil hebben over de mate van botontkalking dan kan deze een botdichtheidsmeting laten uitvoeren. Dat is een veilig en pijnloos onderzoek met behulp van röntgenstralen met een geringe stralenbelasting. Het is dan snel duidelijk hoe het met uw botten gesteld is. Aan de hand van de uitslag kan uw huisarts verder met u overleggen wat u zelf kunt doen en of er een behandeling nodig is om verdere achteruitgang van de botmassa te remmen.

Osteoporose na de overgang

Als u de overgang al jaren achter u hebt liggen, kunnen andere tekenen erop wijzen dat u osteoporose hebt. Dat is te merken aan het feit dat u ‘krimpt’: u wordt kleiner en uw rug wordt krommer.Dat is mogelijk een teken dat u ingezakte ruggenwervels hebt. In ernstige gevallen kunt u daarbij ook last krijgen van klachten als rugpijn, zuurbranden, vaak plassen of moeilijk ademen. Ook een uitbollende buik kan wijzen op ingezakte wervels. Een röntgenfoto kan uitwijzen of uw wervels zijn ingezakt.

Wanneer u tot een risicogroep behoort kan het zinvol zijn te laten onderzoeken hoe de conditie van uw botten is. Een botdichtheidsmeting is een momentopname. Uw huisarts kan u aanraden het onderzoek in de toekomst te laten herhalen. Door de resultaten van de verschillende metingen te vergelijken kan uw arts zien hoe snel de botafbraak bij u verloopt.

Behandeling

Als blijkt dat de botontkalking bij u snel voortschrijdt, kan uw arts besluiten een behandeling met medicijnen in te stellen wanneer een aanpassing van de leefregels niet voldoende is. Daarbij valt te denken aan een hormoonbehandeling of een behandeling met andere medicijnen, zoals bisfosfonaten. Dergelijke middelen kunnen de botontkalking vertragen of zelfs de hoeveelheid bot weer doen toenemen en daarmee het risico op botbreuken verminderen.

Relevant